Doe 240 ml lauwwarm water in een ruime kom, voeg 1 tl kristalsuiker en 7 g droge gist toe, roer door en laat 5–10 minuten staan tot het mengsel schuimig is.
Voeg 2 el olijfolie en 1 tl zout toe en roer kort door.
Voeg geleidelijk 300 g tarwebloem toe en meng tot er een ruw, nog licht plakkerig deeg ontstaat.
Leg het deeg op een met bloem bestoven werkvlak en kneed 5–7 minuten tot het soepel en elastisch is. Voeg indien nodig per eetlepel wat extra bloem toe als het deeg te plakkerig blijft.
Vet een kom met een beetje olijfolie in, plaats het deeg erin en draai het rond zodat het rondom bedekt is. Dek de kom af en laat het deeg op een warme plek 1–1,5 uur rijzen tot het in volume verdubbeld is.
Maak ondertussen de saus: doe 400 g tomatenblokjes uit blik, 1 tl gedroogde oregano, 0,5 tl knoflookpoeder en 0,5 tl zout in een kom en roer goed door.
Zet de oven 30 minuten voor het bakken op 250 °C (boven- en onderwarmte) en plaats een pizzasteen of bakplaat in het midden.
Haal het gerezen deeg uit de kom, druk de lucht eruit en leg het op een met bloem bestoven werkvlak. Rol of trek het deeg uit tot een ronde van 30–35 cm en laat het 5 minuten rusten als het terugveert.
Leg het deeg op een vel bakpapier op een pizzaschep of bakplaat. Verspreid de saus over het deeg en laat rondom een randje van ongeveer 1,5 cm vrij.
Strooi 150 g geraspte mozzarella over de saus en beleg met 100 g pepperoni.
Schuif de pizza, inclusief het bakpapier, op de voorverwarmde steen of bakplaat en bak 12–18 minuten tot de korst goudbruin is en de kaas bubbelt.
Haal de pizza uit de oven en laat 5 minuten rusten voordat je hem in punten snijdt en serveert.
Bewaar restjes maximaal 3 dagen in een afgesloten bak in de koelkast. Warm ze opnieuw op in de oven of in de broodrooster.