Dep de kabeljauwstukken droog met keukenpapier en bestrooi royaal met zout en peper. Zet apart.
Verhit de olijfolie in een ruime pan op middelhoog vuur en fruit de ui 8–10 minuten tot hij zacht en glazig is.
Voeg de knoflook toe en bak 1–2 minuten mee, zonder te laten kleuren.
Als je bloem gebruikt, strooi die dan over de ui en knoflook en bak 1 minuut mee.
Giet de witte wijn erbij, zet het vuur hoger en laat 2–3 minuten inkoken terwijl je roert en de aanbaksels los schraapt.
Voeg de tomaten en saffraandraadjes toe, roer door en laat 5 minuten zachtjes koken op middellaag vuur.
Voeg de visbouillon toe, breng aan de kook en laat 10 minuten zachtjes pruttelen. Breng op smaak met zout en peper.
Leg de kabeljauw in de saus, zorg dat de stukken onderstaan en laat 8–12 minuten zachtjes garen tot de vis ondoorzichtig is.
Haal de pan van het vuur, bestrooi met verse peterselie en laat 2 minuten rusten voor het serveren.