Schil 700 g bloemige aardappels en snijd ze in blokjes van ongeveer 2 cm, probeer ze zo gelijkmatig mogelijk te houden.
Doe de blokjes in een grote pan, schenk er koud water bij tot ze net onder staan, voeg een snuf zout toe en breng aan de kook.
Verlaag het vuur en laat 5-7 minuten zachtjes sudderen tot de aardappels net gaar zijn, maar nog niet uit elkaar vallen.
Giet de aardappels af in een vergiet en laat ze een paar minuten uitstomen zodat de stoom kan ontsnappen en de buitenkanten iets opdrogen. Schud het vergiet voorzichtig om de aardappelblokjes licht op te schudden en de randen iets ruwer te maken.
Verhit een grote, zware koekenpan op middelhoog vuur en voeg 50 g ongezouten roomboter en 2 eetlepels plantaardige olie toe.
Als de boter gesmolten is en licht begint te sissen, verdeel je de aardappelblokjes in een enkele laag in de pan (werk eventueel in porties om te voorkomen dat de pan te vol raakt).
Bak de aardappels 15-20 minuten goudbruin en krokant, draai ze elke paar minuten om zodat alle kanten mooi kleuren.
Breng de gebakken aardappels op smaak met ½ theelepel zout en ¼ theelepel versgemalen zwarte peper (of naar smaak).
Roer er 2 eetlepels fijngehakte platte peterselie door en serveer direct.