Verhit de olijfolie in een grote, zware pan of braadpan op middelhoog tot hoog vuur tot de olie glinstert.
Voeg de verse Italiaanse braadworst toe en verkruimel deze met een lepel. Bak ongeveer 5–7 minuten rondom bruin en gaar. Schep de worst met een schuimspaan op een bord en laat het vet in de pan zitten.
Zet het vuur middelhoog. Voeg de gesnipperde gele ui toe en bak al roerend tot deze zacht en glazig is, ongeveer 5–8 minuten.
Voeg de fijngehakte knoflook en chilivlokken toe en bak al roerend tot het geurt, ongeveer 1 minuut.
Voeg de tomatenpuree toe en bak al roerend nog ongeveer 1 minuut.
Voeg de tomatenblokjes, gedroogde oregano en kippenbouillon toe en breng het geheel zachtjes aan de kook.
Doe de gebakken worst terug in de pan en roer door de saus. Zet het vuur laag, dek de pan af en laat de ragù minstens 30 minuten (tot 60 minuten voor een intensere smaak) zachtjes pruttelen.
Breng ondertussen in een grote pan ruim gezouten water aan de kook. Kook de pappardelle tot ze al dente zijn, ongeveer 8–10 minuten.
Houd 120 ml kookvocht van de pasta achter, giet de pappardelle af en voeg ze toe aan de ragù. Meng goed door en voeg indien nodig wat van het achtergehouden kookvocht toe om de saus losser te maken.
Serveer direct en garneer met de fijngehakte verse basilicum en geraspte Parmezaanse kaas.