Spoel de wilde rijst onder koud water in een fijne zeef en laat goed uitlekken.
Verhit de olijfolie of ongezouten boter in een middelgrote pan met deksel op middelhoog vuur.
Voeg de ui, bleekselderij en wortel toe en bak al roerend 5–7 minuten, tot de groenten zacht zijn en de ui glazig wordt.
Voeg de uitgelekte wilde rijst en de gedroogde tijm toe en rooster 2 minuten mee, onder voortdurend roeren.
Schenk de bouillon erbij, voeg het zout en de zwarte peper toe en roer goed door.
Breng op middelhoog vuur aan de kook, zet het vuur laag, dek de pan af en laat 45–50 minuten zachtjes sudderen zonder de deksel op te tillen, tot de rijst gaar is en het meeste vocht is opgenomen.
Haal van het vuur en laat met de deksel op de pan nog 10 minuten staan, zodat de rijst kan nagaren en luchtig wordt.
Verwijder de deksel, maak de rijst los met een vork, proef en breng indien nodig extra op smaak. Serveer direct warm.