Verhit in een klein pannetje op middelhoog vuur 100 g lichtbruine basterdsuiker en 30 g ongezouten roomboter. Roer constant tot de boter is gesmolten en de suiker is opgelost (ca. 2–3 minuten).
Haal de pan van het vuur en roer er voorzichtig 60 ml slagroom, ½ tl vanille-extract en een snufje zout door. Klop tot een gladde karamelsiroop en laat iets afkoelen.
Klop in een middelgrote kom met een handmixer 120 ml koude slagroom, 2 el poedersuiker en ¼ tl vanille-extract op middelhoge stand tot zachte pieken ontstaan.
Zet vier hoge glazen klaar en verdeel de karamelsiroop over de bodem (ongeveer 1–2 el per glas, naar smaak).
Voor elk glas gebruik je een flesje (± 350 ml) gekoelde cream soda. Schenk de frisdrank langzaam in de glazen, laat ruimte voor een schuimlaag en roer voorzichtig door indien nodig.
Verdeel royaal de geklopte room over de drankjes. Serveer direct en geniet van het romige, zoete boterbier!