Snijd 120 g pancetta in reepjes of kleine blokjes. Doe de pancetta in een koude koekenpan en verhit op middelhoog vuur tot hij goudbruin en krokant is (8–10 minuten). Haal de pancetta uit de pan en laat het vet in de pan zitten.
Breng een grote pan met ruim water aan de kook. Voeg voldoende grof zeezout toe en kook 250 g spaghetti al dente volgens de aanwijzingen op de verpakking. Schep een kopje kookvocht uit de pan en zet het apart voordat je de pasta afgiet.
Klop in een ruime kom 3 grote eidooiers en 1 heel ei los. Roer hier 60 g vers geraspte Pecorino Romano en versgemalen zwarte peper naar smaak door tot een glad mengsel. Voeg eventueel een theelepeltje kookvocht toe als het mengsel te dik is.
Doe de uitgelekte spaghetti in de pan met het achtergebleven vet en haal de pan van het vuur. Giet het ei-kaasmengsel erover en roer krachtig door. Voeg beetje bij beetje kookvocht toe (1–2 eetlepels per keer) tot je een romige saus hebt.
Roer de helft van de krokante pancetta door de pasta en verdeel de pasta direct over warme borden. Garneer met de resterende pancetta, extra geraspte Pecorino Romano en nog wat versgemalen zwarte peper.